september 2020

jaargang 12, nummer 3


Beste lezer,
 
Dit is de nieuwe Nieuwsbrief Terminologie, waarin u informatie vindt over actuele zaken op terminologiegebied, zoals nieuws en evenementen. Eerdere nieuwsbrieven vindt u hier.

Reacties en tips zijn welkom. Als u deze nieuwsbrief niet meer wilt ontvangen, kunt u zich als volgt uitschrijven: klik op de link 'inschrijving of gebruikersprofiel bijwerken' onderaan in deze nieuwsbrief. U ontvangt een e-mail met een link om uw voorkeuren bij te werken. Klik op deze link, vink 'Terminologienieuwsbrief' uit en klik op 'voorkeuren bijwerken' om te bevestigen.

Vriendelijke groet,
Het redactieteam van het INT

Contact: Dirk Kinable
+31 (0)71 527 24 89
dirk.kinable@ivdnt.org
www.ivdnt.org

Inhoud


Terugblik
Nieuws
Uitgelichte term
Berichten van NL-Term
Agenda (zie ook ivdnt.org)

Terugblik

 

LREC 2020

 

LREC 2020 (Language Resources and Evaluation Conference), gepland van 11 tot 16 mei, kon zoals vele evenementen door de coronacrisis niet plaatsvinden. De organisatoren hebben echter wel teksten van de beoogde lezingen gereviewd en gepubliceerd in een digitale bundel. In de algemene ‘Proceedings’ komen verspreid al artikelen voor over terminologie maar dit onderwerp staat met name centraal in het workshopgedeelte onder de titel '6th International Workshop on Computational Terminology (COMPUTERM 2020)’. Twee hoofdthema’s treden op de voorgrond: termextractie en de bouw van terminologische netwerken zoals thesauri.

Termextractie
Het eerste onderwerp heeft betrekking op computationele verzameling van de elementaire bouwstenen of termen uit teksten en corpora. Verschillende bijdragen stippen aan hoe zich volgens de traditionele indeling drie types van extractiemethodologie laten onderscheiden. Linguïstische analyse van corpora is mogelijk door verschillende taalmodules die bijvoorbeeld woordsoorten toekennen of die woordgroepen op basis van taalregels als nominale eenheid herkennen. Daarnaast zijn ook statistische benaderingen mogelijk die de waarschijnlijkheid berekenen dat een woord of woordgroep een term is, vaak door vergelijking met algemene, niet-specialistische corpora. Vele termextractors zijn echter hybride systemen die beide benaderingen toepassen. Gebruikelijk volgen extractiesystemen de drie fases van achtereenvolgens voorbewerking, selectie van kandidaattermen en het toekennen van scores. Recenter wordt de traditionele methodologie ook in combinatie getest met technieken voor Natural Language Processing. Zo kunnen scores met behulp van zogenaamde 'word embeddings' worden berekend voor het semantisch belang van een kandidaat, om daarmee scores te reviseren die taalkundige en statistische modules aan kandidaattermen hebben toegekend. Word embeddings laten toe de semantische verwantschap tussen termen te berekenen op basis van frequenties van woorden en hun gezamenlijk voorkomen in contexten. Intussen wordt de classificatie van systemen voor automatische termextractie voortdurend complexer, mede door de toepassing van verschillende technieken voor machinaal leren in tal van experimenten.

Terminologische netwerken
Verschillende bijdragen bestuderen op hun beurt de automatische bouw van semantische netwerksystemen. Hier staat relatie-extractie centraal en vinden vooral de volgende drie methoden toepassing. Een eerste benadering ('co-occurrence') vertrekt vanuit de aanname dat tussen termen die vaak samen voorkomen, ook waarschijnlijk een semantische relatie bestaat. Patroon- en regelgebaseerde systemen zijn eveneens mogelijk. Concreet kan men bijvoorbeeld nagaan hoe nominale of verbale zinselementen semantische relaties tussen termen laten onderscheiden in syntagmatische structuren, bijvoorbeeld causatieve werkwoorden om causale relaties te bepalen. Een derde methode peilt via verschillende technieken naar ‘semantic similarity’ en is door distributionele analyse vaak succesvol voor onder meer het identificeren van synoniemen.

Extractietechnieken
De bijdragen in de bundel van CompuTerm laten zo een gevarieerd schouwspel zien van de uitdaging die computerlinguïsten voortdurend aangaan met taaldata en teksten om hun terminologische informatie op steeds kwalitatievere wijze te ontsluiten. Eveneens is een competitie-element ingebouwd wanneer de computerlinguïsten onderling de kracht van hun systeem meten in een gezamenlijke opdracht in het kader van de TermEval-sessie bij de CompuTerm workshop. In dit geval werden de resultaten vergeleken die vijf verschillende teams behaalden op geannoteerde vergelijkbare corpora in drie talen (Engels, Frans en Nederlands) en vier verschillende domeinen (corruptie, dressuur in de paardensport, hartfalen en windenergie). Sommige technieken haalden hogere scores op precisie (hoeveel van de geëxtraheerde termen zijn correct) of gevoeligheid (hoeveel van de termen in de tekst zijn correct geëxtraheerd), andere waren beter in het vinden van niet-frequente termen of werden minder beïnvloed door de termlengte.

Nieuws

 

JIAMCATT

JIAMCATT (Joint Inter-Agency Meeting on Computer-Assisted Translation and Terminology), werd in 1987 op het VN-kantoor in Genève gesticht en in 2006 hernoemd tot "International Annual Meeting on Computer-Assisted Translation and Terminology". Dit samenwerkingsverband biedt een forum voor discussie, gedachtewisseling en samenwerking op het vlak van computerondersteunde terminologie en vertaling en documentatie. JIAMCATT richt zich vooral op de taaldiensten van internationale instanties, EU-organisaties en nationale instellingen.

Bijeenkomsten
Jaarlijks is er een plenaire bijeenkomst maar contact tussen de leden vindt ook plaats via een website en op online forums waar interessegroepen zich op een specifiek thema kunnen richten zoals terminologie, standaarden of CAT-tools. Daarnaast zijn er ook lokale JIAMCATT-bijeenkomsten waarin leden uit een bepaalde regio elkaar ontmoeten. De website is toegankelijk voor geregistreerde leden.

Financieel-economisch taalgebruik

Er is een groeiend besef om de complexiteit die eigen is aan termgebruik verstandig te beheren, niet alleen in het medische of juridische maar eveneens in het financiële vakgebied.

Illustratief voor deze belangstelling voor heldere financiële communicatie is een archiefartikel dat FM.NL Financial Management al in 2005 publiceerde. Tot de ‘Tien communicatiefouten die iedere CFO tegen beter weten in blijft maken’ rekende de redactie onder meer het veelvuldig gebruik van Engels in een uiteenzetting voor Nederlandstalig publiek. Het vermijden van Engelse woorden en termen leidt soms tot beter begrip en vergroot vooral vaak de sympathie bij de toehoorders.

Ook recenter onderschreven financiële instanties het belang van transparante communicatie. In 2013 constateerde de Autoriteit Financiële Markten (AFM) dat banken en verzekeraars lang met de klant hebben gecommuniceerd vanuit hun eigen vaktaal en referentiekader. Daardoor was klantinformatie vaak sterk juridisch en bevatte deze veel jargon. De klant liep bijgevolg het risico om vóór de aanschaf de meerwaarde van een product niet goed te kunnen inschatten. In het Handboek Werken aan duidelijke klantinformatie werden daarom maatregelen voorgesteld om duidelijke taal deel te laten uitmaken van het personeelsbeleid en om medewerkers van verschillende afdelingen te trainen en van ondersteunend materiaal te voorzien. Inmiddels is tevens op de werkvloer bij financiële dienstverleners de noodzaak van gedifferentieerde taalnormen en doelgroepgerichte taalduidelijkheid doorgedrongen.

Als het afhangt van de visie in de studie Professioneel taalgebruik in het economische beroepenveld, dan vormt deze praktijk van de beroepscontexten ook een grondslag om in de toekomst het (taal)curriculumontwerp uit te tekenen in het hoger economisch onderwijs. De hoofdvraag in deze dissertatie (P. Koeleman, Universiteit van Amsterdam, september 2019) luidt: wat kan het hoger economisch onderwijs leren van taal- en communicatieactiviteiten in het economische beroepenveld? Daarmee levert het onderzoek een bijdrage aan TSD-onderwijs (Talen voor Specifieke Doeleinden) of onderwijs over professioneel taalgebruik. Dergelijke groepstaal gehanteerd door een groep professionals, heeft betrekking op gedeelde vaktaal, professionele schriftelijke teksten en kenmerkende gesprekssoorten, en is in de regel terminologiegerelateerd.

Taalbeleid
Het onderzoek sluit tevens aan bij intenties van beleidmakers in de Strategische Agenda Hoger Onderwijs en Onderzoek 2015-2025. Deze agenda verwijst expliciet naar de waarborging van de Nederlandse taal in het hoger beroepsonderwijs en stuurt aan op geprofileerd taalonderwijs dat geënt is op de beroepen waarvoor wordt opgeleid. Focus op het werkveld realiseert genoemd proefschrift door behoefteanalyses bij vier communicatiegroepen van respectievelijk organisatieadviseurs en accountants, werkzaam bij financiële en overheidsinstanties. Eigenschappen van de beroepscontexten, organisatiecontexten en van de communicatiegroepen blijken van invloed op de onderscheiden taalactiviteiten. Voor de omgang met terminologie dienen zich bij de vier communicatiegroepen zowel overeenkomsten als verschillen aan.

Nut van specialistisch taalgebruik
Zo’n overeenkomst betreft de erkenning van noodzaak en nut van specialistisch taalgebruik tussen professionals onderling. Ook op dit niveau is echter sprake van differentiatie. Zo bestaat de meer bedrijfskundige taak van organisatieadviseurs vaak in een meer bemiddelende rol met het ontcijferen van vaktechnisch jargon en de vertaalslag naar de verschillende bedrijfsafdelingen die hun eigen vaktaal hanteren.

Vaktaal vermijden
Een andere overeenkomst bij de vier groepen bestaat er juist in om tegenover klanten vaktaal te vermijden. Dat stelt zeker de communicatiegroep van de accountants voor een uitdaging: zij moeten de balans vinden tussen juridische kaders en strikte controleprocessen met vaktechnische termen, en de voorgeschreven huisstijl van begrijpelijke controledossiers voor de klant. Dit vergt een cultuurontwikkeling die begrip van juridische en financiële vaktaal aanvult met de vaardigheid om deze vaktalen begrijpelijk te maken voor de leek.

Systematische beschrijving
De systematische beschrijving van het professioneel taalgebruik en de werkplekcommunicatie aan de hand van behoefteanalyses maakt het mogelijk om het taalonderwijs in het hoger beroepsonderwijs op deze behoeften af te stemmen. Dat resulteert in feite in een win-winsituatie. Het maakt taalonderwijs pedagogisch authentiek en voorbereidend op het werkveld. Terminologisch levert dit eveneens een interessante verbreding op. Terminologie wordt dan niet alleen gezien in relatie tot het taalsysteem en taalvariatie, maar ook als onderdeel van taal die in een sociale context begrijpelijk moet functioneren.

Technisch schrijver

Als discipline is terminologie veelzijdig inzetbaar. Ze vervult onder meer vaak een dienstverlenende rol bij de vertaling van bestaande documenten en bij het schrijven van nieuwe teksten. In laatstgenoemd opzicht is haar focus op vaktaal bijzonder relevant voor een technisch schrijver of technisch redacteur, internationaal of in jobadvertenties ook wel aangeduid als technical writer, technical editor, technical author en technical communicator.

In 2015-2018 stelde de beroepsorganisatie voor technische communicatie tekom Europe de competentiekenmerken op voor deze beroepsgroep in het kader van een Erasmus+-programma met acht Europese hogeronderwijsinstellingen. In de profielbeschrijving kreeg gedegen inzicht in de terminologiepraktijk een expliciete plaats onder de vereiste vaardigheden. Intussen ligt het zwaartepunt van instellingen die een opleiding tot technisch schrijver/redacteur aanbieden vooral in Duitsland en Oostenrijk, en vormt terminologie een frequent terugkerend onderdeel in de curricula.

In het licht van het takenpakket voor deze functie is dat zeer begrijpelijk. Deze communicatiespecialist wordt zowel door bedrijven als niet-commerciële organisaties aangetrokken voor een gevarieerd takenpakket, waaronder het schrijven van technische documenten zoals gebruikers- en installatiehandleidingen en technische rapporten, online hulp voor software, informatievoorziening voor websites, bedrijfsinterne communicatie tussen afdelingen, ontwikkeling van trainingsmateriaal, documentatieontsluiting enz. Vooral de vertaalslag van specialistische naar begrijpelijke taal voor bredere doelgroepen komt geregeld naar voor.

Vaak wordt deze functie vervuld door iemand met een specifieke technische vooropleiding maar evenzeer komen personen met een andere achtergrond in aanmerking, die een technische affiniteit hebben of ontwikkelen. Uit welke richting men ook komt, naar zich laat aanzien is het belang van terminologie voor deze beroepsgroep moeilijk te onderschatten.

Een greep uit recentere functieomschrijvingen (bijvoorbeeld iiBLOG, parson en vacature 3xlogic) leert dat werkgevers hun technische schrijvers tevens vaak aanstellen voor het terminologiebeheer binnen hun organisatie.

NexusLinguarum

In het kader van het Europese COST-programma (Cooperation in Science & Technology) is momenteel een nieuw project in opbouw dat samenwerking beoogt tussen taalkundigen, computerwetenschappers, terminologen en andere belanghebbenden in samenleving en bedrijfsleven. Dit vierjarige project heeft betrekking op het taalkundige subveld van de datawetenschappen die zich richten op computationele analyse en kennisextractie uit grootschalige datahoeveelheden. Doel is in dit geval een netwerk van meertalige, semantisch uitwisselbare taalkundige data te ontwikkelen voor een webgebaseerde linguïstische datawetenschap. Daartoe wil men linked data (LD)-technologieën, technieken voor de verwerking van natuurlijke taal (NLP) en taalbronnen zoals tweetalige woordenboeken en meertalige tekstcorpora en termverzamelingen gecombineerd inzetten. Onderzoek naar concrete toepassingen is eveneens voorzien, zoals vertalingsondersteuning van juridische terminologie op basis van semantische annotatie of wijzen van ondersteuning voor taalkundig onderzoek, onder meer op het vlak van lexicografie. Meer informatie vindt u hier.

Tcworld conference 2020

Traditioneel maar ditmaal online gaat in het najaar het megacongres van tcworld van start. Ook de bijbehorende beurs wordt virtueel georganiseerd. Van 2 tot 6 november wordt dagelijks een programma aangeboden van 24 lezingen. In totaal valt van de 120 presentaties een tiental in de categorie terminologie. Naast een open forum voor terminologiegerelateerde onderwerpen die deelnemers kunnen aandragen en een presentatie over verschillen en overeenkomsten tussen terminologiestructuren, belichten lezingen vooral het belang van terminologie voor het bedrijfsleven en de taalindustrie.

Terminologische thema's
Thema’s die aan bod komen, zijn o.a. de inzet van terminologie in ontologieën met het oog op onder meer marketing en distributie, de specificatie van de belanghebbenden van terminologie binnen bedrijfsstructuren en bij terminologiegebruikers en het belang van terminologische samenwerking, terminologiebeheer in systemen voor de publicatie van technische documentatie, consistentie van terminologie en het gebruik van standaarden bij vertalingen, de inzet van methoden voor verandermanagement bij terminologieprojecten, integratie van tools voor gestroomlijnd terminologiebeheer doorheen het gehele bedrijf en de inzet van terminologie vanaf de ontwikkelingsfase van producten.

Phraséo Term

Formeel lijkt het eenvoudig. Naast termen uit één woord bestaan er zogenaamde ‘multiword terms’ die, overigens mede afhankelijk van de taal, doorgaans minder frequent voorkomen. Achter deze ogenschijnlijk eenvoudige tegenstelling schuilt voor de tweede categorie taalkundig en terminologisch een complexe problematiek. Semantisch en syntactisch rijst de vraag naar gedeelde en specifieke eigenschappen die verbindingen en collocaties in de vaktaal en in de algemene taal kenmerken. De classificatie van beide vormt eveneens een relevant onderzoeksgebied. Automatiseringstechnisch dient zich verder de vraag aan van de herkenning en extractie van dergelijke complexere termen. Terminografisch stelt zich de vraag hoe men dergelijke terminologie in een termbank opneemt. Mogelijkheid om zich in deze materie te verdiepen biedt het congres dat de universiteit van Verona organiseert op 16 en 17 november onder de titel Phraséo Term. Phraséologie et Terminologie.

TOTh International Conference

Op 26 en 27 november vindt de veertiende editie plaats van de TOTh International Conference. Als vanouds biedt het congres een breed platform voor bijdragen aan terminologie en algemener aan de daarmee nauw gerelateerde relatie tussen taal en kennis, zowel op een theoretisch niveau als meer toepassingsgericht. Een parallelle satellietsessie wordt op 26 november gehouden over het thema 'Terminology and Text Mining'. Centraal staan technieken voor tekstontginning als middel om termverzamelingen, lexica, woordenboeken enz. samen te stellen en te actualiseren. Meer bepaald wordt de relevantie belicht voor specifieke taken zoals automatische verwerking van een- en meertalige inhoud, informatie-extractie, classificatie, identificatie van objecten met een eigennaam, desambiguering enz.

Aansluitend bij het Europese ELEXIS-project wordt nog een speciale sessie gewijd aan lexicale bronnen en lexicografie.

Direct voorafgaand aan het congres vinden op 24 en 25 november trainingsdagen plaats die dit jaar terminologische woordenboeken centraal stellen en waarvoor we graag verwijzen naar de beschrijving in de vorige nieuwsbrief. Zowel het congres als de trainingsdagen zijn in verband met de COVID-crisis verplaatst naar bovengenoemde data. Fysieke en virtuele deelname zijn mogelijk.

Terminology. International Journal of Theoretical and Applied Issues in Specialized Communication

Van het internationale tijdschrift Terminology verschijnen jaarlijks twee afleveringen. Waar het vorige nummer een themanummer was, bestrijkt het eerste van 2020 een breed scala aan onderwerpen. De eerste twee artikelen handelen over woordsoorten die in de terminologie vaak minder voor het voetlicht komen: adjectieven en werkwoorden. Debet daaraan is een traditionele focus op substantieven die men in kennisgebaseerde benaderingen bij uitstek geschikt acht om de gespecialiseerde kennis van concepten over te dragen. Onderzoek heeft echter de status van adjectieven en werkwoorden als onafhankelijke termen intussen voldoende bevestigd.

Het eerste artikel levert een bijdrage aan een corpusgebaseerde analyse van Franse adjectieven (vakdomein: windenergie) en de mogelijkheden voor accurate definiëring door de beschrijvingstechnieken van lexicale functies in de Explanatory and Combinatorial Lexicology. De tweede bijdrage over werkwoorden (vakdomein: avontuurlijk toerisme) is eveneens corpusgebaseerd en maakt voor de beschrijving van de argumentstructuur gebruik van de FrameNet-methode.

Een derde onderzoek bestudeert op zijn beurt een categorie die naast de meer bestudeerde volledige termen niettemin aandacht verdient, te weten initiaalwoorden en acroniemen, hier met een oriëntatie op verkortingen van Engelse origine in Spaanse farmaceutische communicatie. Deze termen, geëxtraheerd uit een farmaceutisch tijdschrift, worden geclassificeerd, getoetst op hun gebruik in de praktijk door een enquête bij de betreffende beroepsgroep, en begeleid door beschouwingen in de vakliteratuur over de voor- en nadelen in communicatie.

De vierde studie richt zich meer pedagogisch op de taalverwerving van academische woordenschat die men situeert tussen de technische en de algemene woordenschat en die men nu vooral verzamelt in disciplinegerichte woordenlijsten. Centraal staat de studie die internationaal wordt aangeduid als ‘Applied Linguistics’ en onder meer betrekking heeft op ‘TEFL’ (Teaching English as a Foreign Language). De lezer maakt kennis met de wijze van corpussamenstelling en de woordselectiecriteria. De resulterende woordenlijst hoopt te voorzien in de productieve taalbehoeften van studenten in deze discipline.

Het laatste artikel betreft onderzoek naar teksten over georganiseerde misdaad en geldwitwassen in een Spaans corpus over strafrecht. Er wordt nader ingegaan op constructies van werkwoorden en substantieven en hun paradigmatische en syntagmatische transformaties.

Opleidingen terminologie

De Université Savoie Mont-Blanc en de Universitat Pompeu Fabra Barcelona hebben hun respectievelijke programma’s voor terminologieopleiding voor het academiejaar 2020-2021 online geplaatst. De Franse instelling biedt een kort traject aan van 112 uur dat na een algemeen gedeelte opsplitst in twee specialisatieopties die terminologie belichten in de context van het professioneel vertalen of van de digitale technologie. De Catalaanse universiteit richt twee langere opleidingen in van 75 en 30 ECTS, namelijk de Online Master in Terminology en het Diploma of Postgraduate Studies: Terminology and professional needs.

Uitgelichte term

 

projectierendement

Al tien jaar wordt er in Nederland onderhandeld over een nieuw pensioenstelsel. Het huidige stelsel werkt namelijk met rekenrente: een fictief rentepercentage waarmee de pensioenfondsen berekenen hoeveel geld ze in kas moeten hebben om alle toekomstige pensioenen te kunnen uitbetalen. Maar de rekenrente brengt pensioenfondsen op dit moment in de problemen, en daarom wordt die in het nieuwe stelsel vervangen door het projectierendement. Dat is het verwachte rendement in de komende jaren, voorspeld op basis van beleggingsopbrengsten uit het verleden. Zo kunnen pensioenen bij goede rendementen eerder worden verhoogd.

Meer financiële termen op ivdnt.org

Berichten van NL-term

 

TiNT 2020 deel 1 
Terminologie en communicatie

Van Simon Stevin tot vandaag

online symposium vrijdag 23 oktober 2020
deelname is gratis, aanmelden is verplicht

 

TiNT 2020 en corona

De traditionele TiNT-dag (TiNT staat voor Terminologie in het Nederlandse Taalgebied) van de terminologievereniging NL-Term was al volledig gepland toen COVID-19 roet in het eten gooide. Het oorspronkelijke rijke programma zou aansluiten bij de Herdenking Simon Stevin, 400 jaar na zijn overlijden die Stad Brugge organiseert. Binnen het thema Terminologie en communicatie zouden experts uitleggen hoe ze tewerk gaan wanneer ze hun wetenschappelijke of ambtelijke boodschap in begrijpelijke woorden moeten verpakken om een ruimer publiek te bereiken – net zoals de humanist Simon Stevin begrijpelijke termen als driehoek hanteerde om wiskundige begrippen voor iedereen duidelijk te maken.

Een opsplitsing van het programma
Het grootste gedeelte van het programma wordt voorzichtigheidshalve uitgesteld naar oktober 2021. Maar op de oorspronkelijk geplande datum van 23 oktober 2020 komt er een meer dan boeiend voorproefje: een online symposium met drie van onze sprekers (Guido Vanden Berghe, Frieda Steurs en Maarten van der Sanden), afgesloten met de uitslag van een peiling onder de deelnemers over hun voorkeuren als het gaat over ... jawel, coronaterminologie! Bekijk hier het complete programma.

Hoe werkt het?
Via deze link kunt u zich gratis registreren voor het online symposium. Wie registreert, krijgt kort daarna ook een link naar een vragenlijst over COVID-19-terminologie. De resultaten van die enquête komen aan bod als afsluiter van het programma, waarbij we ook enkele deelnemers het woord geven om hun argumenten te verduidelijken. Een week voor 23 oktober krijgt u een vergaderlink. Die kunt u op de dag zelf aanklikken om toegang te krijgen tot het online symposium.

Krijg ik punten?
Deelnemers aan het symposium kunnen naderhand een certificaat krijgen. Nederlandse deelnemers kunnen met het certificaat PE-punten aanvragen bij Bureau WBTV. Uiteraard wordt het certificaat alleen gegeven als er effectief is deelgenomen. NL-Term regelt niet het aantal PE-punten noch de aanmelding bij Bureau WBTV.

Forum op website NL-Term binnenkort operationeel

De ontwikkeling van het forum voor deelnemers op de website van NL-Term nadert zijn einde. Binnenkort zal het operationeel zijn.

Met dit forum beoogt NL-Term de onderlinge samenwerking op het gebied van de Nederlandstalige terminologie en vaktaal te bevorderen. Dit NL-Term Forum is bedoeld als ontmoetingsplaats voor iedereen die belang hecht aan doordacht gebruik van professionele terminologie en vaktaal. Het Forum heeft als doel om een platform te bieden aan iedereen die vragen, nieuws en andere informatie wil delen met andere gebruikers en belangstelling heeft voor de activiteiten van NL-Term. Omgekeerd hoopt NL-Term via dit forum meer inzicht te krijgen in de wensen en behoeftes van gebruikers en de belangstelling te vergroten voor zijn activiteiten.

NL-Term moedigt de gebruikers aan om op een respectvolle wijze vragen aan de orde te stellen t.a.v. de terminologiepraktijk en om ervaringen en best practices met elkaar te delen, maar ook om berichten te plaatsen over interessante initiatieven op het gebied van terminologie en vaktaal, hierbij geboekte successen (of ondervonden problemen, die ook leerzaam kunnen zijn) en baan- of functiewisselingen.

Kijk voor meer informatie regelmatig op de website van NL-Term. Een bericht van ingebruikname zal ook verschijnen in de nieuwsbrief van het INT.

In memoriam Jan Roukens

NL-Term betreurt het overlijden van zijn oud-voorzitter Jan Roukens (1937-2020). Hoewel Jan Roukens maar korte tijd voorzitter is geweest (2003-2005), liet hij toch duidelijke sporen na. Zo was hij de motor en de architect achter het ‘Steunpunt voor Nederlandstalige Terminologie’ (nu overgegaan in het Expertisecentrum Nederlandstalige Terminologie van het Instituut voor de Nederlandse taal). We kennen Jan Roukens vooral voor zijn onverdroten inzet voor Nederlandstalige terminologie en zijn visie op het belang van Nederlandse vaktaal in de communicatie tussen expert en leek. De website van NL-Term huldigt zijn oud-voorzitter met een uitgebreid in memoriam.

Agenda


Hieronder vindt u een korte aankondiging van evenementen. Meer informatie vindt u op de website van het Instituut voor de Nederlandse Taal.
Redactie: Dirk Kinable
© 2020 Instituut voor de Nederlandse Taal, alle rechten voorbehouden.